Joël Snick (78) uit Ieper, maar afkomstig van Reninge, schreef een boek over de geschiedenis van zijn geboortedorp. Daarin komen drie onderwerpen aan bod, namelijk het Reninge van vóór 1795, de geschiedenis van het kasteel en de omvang en betekenis van het patrimonium van de heren van Reninge.
Joël Snick verdiept zich sinds enkele jaren in de lokale geschiedenis en legt zich ook toe op genealogische opzoekingen. De gepensioneerde leerkracht is tevens secretaris van Familiekunde Vlaanderen regio Ieper-Diksmuide en bestuurslid van Westhoek, Kring voor geschiedenis en familiekunde in de Vlaamse en Franse Westhoek.
Niet democratisch
In zijn boek ‘Bijdrage tot de geschiedenis van Reninge’ toont Joël Snick aan dat Reninge eeuwen geleden niet democratisch werd bestuurd. “Een paar adellijke heren hadden het voor het zeggen”, zegt Joël Snick. “Reninge bestond uit vier delen met elk een eigen heer en een eigen organisatie. In het boek bespreek ik de grenzen van die verschillende delen, de activiteiten van de bevolking in die tijd en de financiën. Met de Franse revolutie komt aan deze structuur en organisatie een einde en verdwijnen de heren van Reninge definitief van het toneel.”
“Reninge bestond uit vier delen met elk een eigen heer”
Verder wordt in het werk ook brandhout gemaakt van het verhaal dat Lodewijk XIV aan de oorsprong ligt van de ‘XIIII’ dat de gevel siert van het kasteel in Reninge aan het begin van de Ieperstraat. “Dit brengt ons bij de familie Gand-Vilain, die het kasteel in 1627 heeft gebouwd”, licht Joël al een tipje van de sluier. “Uit die familie stammen vanaf 1555 de ’nieuwe heren’ van Reninge voort. Zij worden een na een besproken. De heren verbleven weliswaar niet in Reninge, maar vestigden zich vooral in Frankrijk, zelfs tot in Versailles. Een zeldzame keer kwamen ze op bezoek, zoals in 1651, 1683, 1721 en op 12 juni 1768, een bezoek dat in de literatuur tot nu nergens wordt vermeld.”
Een derde onderwerp dat in het boek aan bod komt, gaat over de omvang en betekenis van het patrimonium van de heren van Reninge, tevens prinsen van Izegem. Waar vinden we hun eigendommen? Waar en hoe oefenen zij hun macht uit? Was de aankoop van Reninge een voordelige transactie? Het zijn maar enkele vragen waar in het boek een antwoord wordt gegeven.
“Zowel uit de aankoop in 1469 als in 1555 blijkt dat de heren van Reninge gehecht waren aan Reninge”, zegt de gepensioneerde leraar. “Het was winstgevend en de heren wilden het natuurlijk zo houden. Maar met de Franse revolutie breekt een nieuw tijdperk aan. De vrouwe van Reninge Elisabeth Pauline de Gand, die stamt uit de familie Gand-Vilain en enkele jaren in het kasteel van Arlay in Frankrijk verbleef, sterft in 1794 onder de guillotine in Parijs.”
“Haar vele bezittingen komen toe aan haar dochter, getrouwd met de hertog van Arenberg. In 1812 komen 38 eigendommen in Reninge zoals de Reningemolen, het kasteel en het Reninckhof terecht in het patrimonium van de familie Arenberg. Ze worden in 1829 en 1841 verkocht. Ook die verkopen worden uitgebreid toegelicht in het boek.”
50-tal illustraties
Het boek telt 157 bladzijden en een vijftigtal illustraties en kost 25 euro (+ 8 euro verzendingskosten). Bestellen kan door te mailen naar [email protected] en het bedrag te storten op het rekeningnummer BE57 0001 1117 5235 met de mededeling ‘boek Reninge’. De oplage is beperkt tot 48 stuks. Dus wie een exemplaar op de kop wil tikken, zal snel moeten zijn.
The post Joël Snick brengt boek ‘Bijdrage tot de geschiedenis van Reninge’ uit: “Adellijke heren aan de macht” is provided by KW.be.