“Ik stichtte niet opzettelijk brand en ondernam nog nooit een zelfmoordpoging. Ik leef te graag.” Een 46-jarige vrouw uit Roeselare ontkende voor de Kortrijkse strafrechtbank met klem dat ze op 27 september 2024 brand stichtte in haar woning in Oekene bij Roeselare. Maar voor de twee brandhaarden heeft ook zij op vandaag nog altijd geen verklaring en onder meer die vaststelling deed de rechters toch oordelen dat ze boter op het hoofd heeft.
Rond 12.45 uur brak die vrijdag brand uit op de tweede verdieping van een woning in de Sint-Eloois-Winkelsestraat in Oekene. Een passant ondernam nog een bluspoging, maar moest zich door de rook en hitte terugtrekken.
Twee aparte brandhaarden
De brandweer snelde ter plaatse en slaagde er in de bewoonster van op de bovenverdieping, waar het al hevig brandde in een kinderkamer, naar buiten te halen. Ze bleek zwaar onder invloed van alcohol, zo’n 4 promille. Samen met haar partner, die ook in de woning aanwezig was op het ogenblik van de brand, kon ze naar het ziekenhuis overgebracht worden.
Een deskundige stelde in opdracht van het parket vast dat er sprake was van brandstichting. Er konden immers twee aparte brandhaarden in de kinderkamer gevonden worden. Bewoonster I.D. vloog vier maanden de cel in en riskeerde voor de correctionele rechtbank een voorwaardelijke celstraf van twee jaar. De openbare aanklager wou niet dat ze nog naar de cel terugkeert, maar dat ze begeleid wordt, onder meer voor haar toenmalige alcoholprobleem. “Enkele minuten voor de brandstichting had ze nog naar haar partner geroepen dat het haar allemaal niet meer kon schelen en het niet lang meer zou duren vooraleer ze dood was”, aldus de procureur.
Alcoholprobleem
Maar D. ontkende dat ze opzettelijk brand stichtte. “Ze ging met een fles alcohol naar boven, rookte op het bed van de kinderen een sigaret maar viel in slaap”, aldus advocaat Dimitri Vantomme. “Ik werd plots wakker, voelde de warmte aan mijn benen, gooide het brandende deken van me af en kroop door de donkere, zwarte kamer op mijn knieën naar de deur, om te schuilen in de technische ruimte”, aldus D. zelf. “Wat de knal veroorzaakte en hoe het komt dat er sprake is van een tweede brandhaard, blijft ook voor mij een vraagteken. Ik riep nog om hulp, maar niemand hoorde mij. Blijkbaar riep mijn partner ook naar mij, maar ook ik hoorde het niet, onder meer door het loeiende brandalarm. Ik ondernam nog nooit een zelfmoordpoging, had geen enkel plan om mijn partner te vermoorden of mijn kinderen te verliezen. In die kamer stonden herinneringen aan mijn moeder, een collectie Barbiepoppen van mijn dochter. Moest ik zelfmoord hebben willen plegen, dan zou ik wel een andere manier hebben gezocht. Het is wel een wake-up call geweest, om verder en meer hulp te zoeken voor mijn alcoholprobleem.”
De vrouw is nog altijd samen met haar partner, maar ze verhuisden naar een andere woning in Roeselare. “Ik laat mijn vrouw niet in de steek”, aldus de man.
Vonnis
De drie rechters achtten de opzettelijke brandstichting wel degelijk bewezen. Ze steunden zich onder meer op het verslag van de branddeskundige en de vondst van twee aparte brandhaarden. Ook het feit dat ze afscheidnemende berichten had gestuurd, dat ze bij het drinken van alcohol zwarte gedachten kreeg, … speelden een rol bij hun beoordeling.
Terug naar de cel hoeft I.D. niet, want de rechters veroordeelden haar dan wel tot een celstraf van 2 jaar; ze spraken enkel de periode die ze al achter tralies doorbracht als effectieve straf uit. De rest blijft voorwaardelijk als ze de komende vier jaar geen alcohol meer drinkt en zich voor haar alcohol- en psychische problemen laat begeleiden. (LSi)
The post Bewoonster (45) ontkent opzettelijke brandstichting in haar woning maar krijgt toch straf: “Ik viel met sigaret op bed in slaap, het was een ongeluk” is provided by KW.be.
