Op 1 januari 2027 gaat een nieuwe fase in de Belgische strijd tegen tabak in. Roken en vapen zal niet langer toegestaan zijn op terrassen of in de nabijheid ervan. Ook publieke rookkamers, van luchthavens tot sigarenclubs, moeten definitief verdwijnen. De federale regering hoopt zo het aantal rokers verder terug te dringen en jongeren minder bloot te stellen aan tabaksrook. Maar in de horeca en de sigarenwereld klinkt luid protest.
Volksgezondheidsminister Frank Vandenbroucke (Vooruit) motiveert de ingreep eenvoudig met de quote: “Zien roken doet roken.” Sciensano, het gezondheidsinstituut, becijferde onlangs dat in België elk jaar ruim 9.000 mensen sterven door tabaksgebruik, goed voor gemiddeld één overlijden per uur. Tegelijk stijgt vooral bij jongeren het gebruik van e-sigaretten pijlsnel. Voor de regering is het duidelijk: de zichtbaarheid van roken moet drastisch omlaag. Is het nog meer wetten opleggen op de horeca de ideale oplossingen? Of zal 1 januari 2027 een donkere dag voor de keuzevrijheid worden in België?
De kern van de discussie is de balans tussen gezondheid en vrijheid. Voorstanders van het verbod wijzen op het wetenschappelijke bewijs dat passief roken schadelijk is en dat het bannen van rook uit het straatbeeld jongeren ontmoedigt om te beginnen. Tegenstanders zien vooral een overheid die steeds meer gedragingen wil reguleren.
Strengere handhaving
Het verbod zal ook juridisch tanden krijgen. Wie toch rookt of vapet op een terras, riskeert een boete van minstens 208 euro. Horeca-uitbaters moeten borden plaatsen, klanten aanspreken en mogen geen asbakken voorzien. Bij herhaaldelijke inbreuken kunnen de sancties oplopen. “We gaan geen razzia’s organiseren”, benadrukt Vandenbroucke, “maar de cafés en restaurants zullen mee verantwoordelijk zijn.”
Ann-Pascale Mommerency, directrice van Fecibel, de federatie van de sigarenindustrie in België en Luxemburg, heeft wel het een en ander te zeggen. Volgens haar wordt de vrijheid van consumenten steeds verder ingeperkt. “We worden betutteld in alles: vlees, alcohol, roken. Waar stopt het?” zegt ze met een zucht. Zelf rookt ze hooguit om de twee weken een sigaar met een glas wijn. “Dat is een moment van genieten, geen verslaving. Toch worden we allemaal over één kam geschoren.”
Ze pleit voor hoffelijkheid in plaats van absolute verboden. “Een roker moet rekening houden met anderen, dat is vanzelfsprekend. Maar gun mensen ook de keuzevrijheid. Vandaag voelt het alsof genieten zelf verdacht is geworden.” Mommerency erkent de noodzaak om jongeren te beschermen, maar noemt de nieuwe regels ‘inconsistent’. “Op festivals mag er wel gerookt worden, maar op een terras in Kortrijk niet. Waar is de logica? Niemand wil jongeren aanzetten tot roken, maar dit is meten met twee maten.”
Horeca als slachtoffer?
Voor de horeca dreigt de maatregel een nieuw hoofdstuk in een lange reeks klappen. Tijdens de coronacrisis leerden veel mensen thuis hun drankjes te nuttigen. Volgens Mommerency versterkt dit rookverbod die trend. “Cafés hebben zwaar geïnvesteerd in rookvoorzieningen. Nu voelt het alsof dat allemaal als waardeloos werd verklaard. Voor veel uitbaters voelt dit als een nieuwe doodsteek.”
Sigarenclubs worden nog harder getroffen. Hun hele concept draait rond de gezamenlijke beleving van een sigaar. “In Duitsland en andere landen kunnen zaken kiezen of ze roken toestaan. Hier is dat onmogelijk. Dat jaagt liefhebbers gewoon de grens over”, waarschuwt Mommerency.
Toekomst vol onzekerheid
In de sigarenindustrie leeft de vrees dat dit verbod slechts een tussenstap is. In 2026 volgt een nieuwe Europese richtlijn die waarschijnlijk nog strenger zal zijn. Kleine speciaalzaken, soms al generaties in handen van dezelfde familie, vrezen voor hun voortbestaan. “Mensen worden richting het buitenland geduwd. De illegale markt zal groeien”, zegt Mommerency. Toch wil Fecibel het gesprek met de overheid niet opgeven. “We zijn altijd discreet geweest, maar nu moet onze stem gehoord worden. De sector draagt bij aan werkgelegenheid en erfgoed. Dan mag je verwachten dat de overheid ons betrekt bij beslissingen.”
De discussie over het rookverbod raakt dus aan meer dan gezondheid alleen. Het gaat over de rol van de staat, over de grens tussen bescherming en betutteling, en over het recht om te genieten.“Hoffelijkheid is cruciaal, maar vrijheid ook”, besluit Mommerency. “Het gaat niet enkel om een sigaar, het gaat om de vraag of er nog plaats is voor genieten in Vlaanderen.”
The post “Waar blijft onze vrijheid nog?”: horeca en sigarenindustrie reageren fel op rookverbod vanaf 2027 is provided by KW.be.