In de voormalige winkel van Huis Laleman op het Mijnplein in Oostende zwaaiden donderdag de deuren open van de nieuwste vestiging van slagerij Dierendonck. Geen klassieke lintknip of groots vertoon, maar wel een rij nieuwsgierige klanten, geuren die je van ver tegemoet kwamen en een toonbank vol eerlijke producten.
Met deze opening brengt Hendrik Dierendonck samen met zijn team, zijn vakmanschap – geslepen in de Westhoek – tot in het hart van de Koningin der Badsteden. En dat ging gepaard met veel volk, warme herinneringen, een lach én een traan.
Op de eerste openingsdag stroomden nieuwsgierige Oostendenaars toe. Sommigen kwamen voor de iconische paté van grootmoeder Anneke, anderen om eindelijk te proeven van de befaamde pastramisandwich waar foodies al weken over fluisteren. En velen kwamen gewoon… om te kijken. De locatie, het voormalige Huis Laleman, lokte alvast de nodige nostalgie uit. Met de opening van Dierendonck voelt het alsof de traditie wordt verdergezet.
En dat is exact wat Hendrik Dierendonck voor ogen had. “We wilden geen kopie van een andere winkel maken. Oostende verdient z’n eigen identiteit, met respect voor de plek én het product”, vertelt hij later op de avond, na een intense maar euforische eerste dag.
Aan zijn zijde staat zijn vrouw en vaste kompaan Evelyne Penel. “We hebben zoveel volk over de vloer gekregen. Iedereen wilde even hallo zeggen, proeven, voelen. Dat geeft energie”, glimlacht Evelyne. Hendrik knikt. “Ik hoor van de mensen: eindelijk een echte beenhouwer in de stad. Dat raakt me. Het is een terugkeer naar het authentieke, naar de nostalgie. En dat willen we ook brengen.”
“Het mag nooit een keten worden. Elk filiaal moet zijn eigen verhaal hebben” – Hendrik Dierendonck
Hendrik Dierendonck, intussen een gevestigde naam in België en ver daarbuiten, begon ooit bescheiden boven de slagerij van zijn ouders in Sint-Idesbald, Koksijde. “Ik ben opgegroeid boven de winkel”, lacht hij.
Sinds 2001 runt hij samen met Evelyne de zaak, die sindsdien uitgroeide tot een netwerk van slagerijen en restaurants met meer dan 150 medewerkers. Maar, zo benadrukt hij: “Het mag nooit een keten worden. Elk filiaal moet zijn eigen verhaal hebben. We werken met mensen die het vak met liefde uitvoeren. Anders werkt het niet.”
Die liefde is voelbaar in Oostende. De toonbank bulkt van het vakmanschap: witpens zoals grootvader Raymond hem maakte, huisgemaakte preparé en een assortiment vleeswaren dat zowel traditie als vernieuwing ademt. “Onze producten zijn geen Franse charcuterie en geen Italiaanse specialiteiten. We gaan op zoek naar onze eigen terroir, onze eigen smaak. Eigen, robuust, eerlijk”, zegt Hendrik met fonkelende ogen.
Emotionele dag
De opening ging gepaard met een lach en een traan. Niet alleen voor Hendrik , maar ook voor zijn ouders Raymond en Anneke, die speciaal afzakten naar Oostende om hun zoon te feliciteren. “We zijn ontzettend fier”, zegt Raymond. “Onze kleinzoon helpt al mee in de winkel. Het zit blijkbaar toch in het bloed.”
Voor Hendrik was het moment ook emotioneel. “Een winkel openen is nooit routine. Er gaat zoveel aan vooraf: van het respectvol slachten bij de boer tot het minutieuze werk in het atelier. Tientallen mensen zijn erbij betrokken, en dat voel je in het eindproduct. Ik ben iedereen dankbaar. Echt.”
“Ik wil terug naar de essentie. Naar contact met mensen, naar de toonbank. Daar gebeurt het” – Hendrik Dierendonck
Op de vraag wat het geheim is van zijn succes, hoeft Hendrik niet lang na te denken. “Passie”, zegt hij kordaat. “En doorgeven. Ik kan niet meer de beenhouwerij van vroeger doen, maar ik kan mijn liefde voor het vak doorgeven. Aan jonge mensen, aan klanten, aan mijn eigen kinderen.”
Zijn zoon Fons deed onlangs stage bij een bevriende chef in Leuven en kwam vandaag een handje helpen. “Mijn kinderen, Fons en Rosie mogen de zaak overnemen, maar dat hoeft niet. We zijn hier allemaal op onze eigen manier in gegroeid.”
Er zit zelfs een boek in de pijplijn, vertelt Hendrik. “Een drieluik over hoe mijn vader naar vlees keek, hoe ik het ervaar, en hoe mijn zoon het ziet. Een ode aan het vak, aan evolutie, maar ook aan respect voor wat was.”
Van toonbank tot televisie
De slagerij is meer dan een plek waar vlees verkocht wordt – het is een podium voor verhalen. Zelfs Disney+ kwam onlangs filmen in hun atelier. “Had je me dat 20 jaar geleden gezegd, ik had je voor gek verklaard”, lacht Hendrik. “Maar kijk, door te blijven investeren in kwaliteit en authenticiteit, groeit er iets. Mensen herkennen zich in wat we doen.”
Dat Hendrik de komende maanden vaak in de winkel zal staan, is een bewuste keuze. “Ik wil terug naar de essentie. Naar contact met mensen, naar de toonbank. Daar gebeurt het”, besluit hij. “Ik ben de passie, mijn echtgenote de structuur. Het werkt. We zijn een team. En onze fantastisch groep in Oostende? Dat zijn stuk voor stuk gepassioneerde, gedreven mensen. We kijken uit om ons verhaal in Oostende te schrijven, maar voelen ons nu al met open armen ontvangen!”
The post “We voelen ons nu al met open armen ontvangen”: nieuwe vestiging slagerij Dierendonck in Oostende lokt meteen massa volk is provided by KW.be.