Wist je dat er op de begraafplaats van Poperinge een mummie begraven ligt? Of dat er een graf is van een man die naakt werd teruggevonden op zolder, waarbij zijn vrouw werd verdacht van moord? Historicus Kristof Papin (55) schreef een boek over het Rekhof en onthult de verborgen verhalen achter de grafstenen. “Deze begraafplaats is een vat vol verhalen, maar veel mensen kennen die niet meer”, zegt Kristof.
De stedelijke begraafplaats Rekhof in Poperinge – noem het geen kerkhof, want dat is een hof rond de kerk – werd in 1784 aangelegd, na een besluit van keizer Jozef II dat de begraafplaatsen rond de drie kerken van Poperinge ophief. Het ‘oud kerkhof’, zoals het vaak in de volksmond wordt genoemd, ligt aan de rand van de stad en wordt omringd door een oude muur. De hoofdingang bevindt zich op de hoek van het Rekhof en de Deken de Bolaan. Daar hebben we afspraak met historicus Kristof Papin. De geboren en getogen Poperingenaar schreef een boek over de begraafplaats en neemt ons op sleeptouw langs verschillende graven. “Deze begraafplaats is een vat vol verhalen, maar veel mensen kennen die niet meer”, aldus de auteur. “Een wandeling door deze plek is meteen ook een wandeling door de geschiedenis van onze stad.”
Het ‘oud kerkhof’ was eerst eigendom van de parochies, maar kwam later in handen van de stad. Al vlug herrezen er prachtige monumentale graven op de begraafplaats. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de begraafplaats zwaar gebombardeerd, met heel wat schade tot gevolg. “Ook tijdens de Tweede Wereldoorlog gebeurde dat trouwens”, aldus Kristof Papin. “We hebben foto’s van de situatie toen en je herkende niets meer. Het was een hoop stenen en graniet. Maar weinig monumenten overleefden die periode.”
Op de begraafplaats worden nog altijd mensen te ruste gelegd, maar slechts met mondjesmaat. Het gaat dan vooral om bijzettingen in een grafkelder.
Van begraven mummie tot dat van naakte man
We laten Kristof vertellen over verschillende graven die we tijdens een korte wandeling voorbijlopen. De verhalen blijven komen. “Weet je bijvoorbeeld dat er hier een mummie begraven ligt?” Kristof wijst naar het grafmonument van Charles Van Renynghe de Voxvrie (1803-1871). “Tot aan zijn dood was Charles burgemeester van de stad. Zijn zoon Achille, die het praalgraf liet bouwen, stierf tijdens een Nijlcruise in Caïro. Om hem te kunnen overbrengen, moesten ze hem mummificeren en hij werd dan ook zo begraven.”
Wat verder staat de enige overgebleven grafkapel van het Rekhof. “Geen mens die nog weet van wie dit graf is. Als ik zoiets zie, wordt mijn nieuwsgierigheid getriggerd en ga ik op zoek naar het verhaal achter de naam op het graf. Zo ontdekte ik dat het hier om textielindustriëlen uit Kortrijk ging. De familie Vandenbulcke kwam nog voor de oorlog naar Poperinge en kocht het ‘Huis van Merris’, waar nu het vredegerecht zit. Ze woonden daar een hele tijd tot de laatste telg overleed.”
“Deze begraafplaats is een vat vol verhalen, maar veel mensen kennen die niet meer”
Kristof Papin
Historicus
Op een van de graven zien we de naam Permeke. “Jawel, dat was familie van de kunstenaar Permeke. Maar er liggen ook echte kunstenaars. Kunstschilder Leopold Beun (1881-1949) bijvoorbeeld, en zijn collega Jules Boudry (1888-1951). Ook opvallend: het graf van de zusjes Vercamer. Die twee zussen werden slachtoffer van een Duits bombardement in 1915. Het waren eigenlijk foorgangers die in het begin van de oorlog in Klerken bij Diksmuide waren. Klerken lag pal in het oorlogsgebied. Ze zijn gevlucht naar Poperinge, waar ze uiteindelijk toch aan hun einde kwamen door oorlogsgeweld.”
Het mooiste beeld op de begraafplaats is te vinden op het graf van Remi Duquesne (1891-1934). “Het lijkt een treurende weduwe, maar als je het verhaal erachter kent, denk je daar wel anders over. Duquesne was een rijke boer die hier in de straat woonde. Op een ochtend vond zijn vrouw hem naakt opgeknoopt op de zolder. Het parket onderzocht de zaak en het dossier werd geklasseerd als zelfdoding. Er deden echter geruchten de ronde dat zijn vrouw Alice (Scherpereel, 1891-1941) weleens bij andere mannen zat. Twee jaar later opende de gerechtelijke politie van Gent, afdeling moordzaken, het dossier opnieuw, maar bewijzen dat Alice haar partner zou hebben vermoord, werden niet gevonden.”
Nog heel wat ‘kadeetjes’
Kristof neemt in zijn boek vooral de verhalen op van personen die iets betekend hebben voor Poperinge. “De meeste daarvan hebben een opvallend graf, maar er zijn er ook waarvan de grafsteen heel sober is. Het graf van professor Maurice Dewulf (1867-1947) is daar een voorbeeld van. De professor was een van de weinige mensen die een straatnaam kreeg terwijl hij nog leefde.” De professor ligt begraven in een rij met familieleden. Op het einde zien we een groot houten kruis liggen op de laatste rustplaats van Nestor Lahaye, die tussen 1921 en 1936 burgemeester was. “Wel opvallend dat een rasechte liberaal zo’n gigantisch houten kruis op zijn graf kreeg”, knipoogt onze gids.
Verspreid over de begraafplaats liggen verschillende oorlogsslachtoffers, zowel militairen als burgers. “Er rusten hier enkele Engelsen, maar dat zijn bijna allemaal mensen die na de oorlog zijn gestorven. Je moet weten dat wie werkt voor de Engelse militaire begraafplaatsen bij overlijden het voorrecht heeft om begraven te worden onder de typische witte steen.”
In de C-rij, aan de achterzijde van de begraafplaats, komen we aan het graf van verpleegster Marie-Madeleine Verpoot. Zij kwam om het leven bij het eerste zware bombardement in de meidagen van 1940. In diezelfde rij rust Jozef Logie, een politiek gevangene die een aantal concentratiekampen overleefde, maar toen hij terugkeerde nog maar een dertigtal kilo woog. Die man werd nooit meer de oude en stierf uiteindelijk in 1949, slechts 23 jaar oud.
“Maar er liggen hier wel nog andere ‘kadeetjes’. Neem nu Robrecht Bruneel, met het goed zichtbare AVV-VVK op zijn grafsteen. De man was lid van de Vlaams Wacht (een Vlaamse paramilitaire organisatie die in 1941 werd opgericht op aansturen van de Duitse Wehrmacht, red.) en dus een echte collaborateur. Zoals je ziet, stierf hij in Brugge. De Duitsers probeerden daar op een kasteeltje in Sint-Michiels het radioverkeer op het kanaal te onderscheppen. Enkele dagen later vond de landing in Normandië plaats. Bruneel was er actief. De RAF en de Amerikanen wisten wat er daar gaande was en bombardeerden de plek. Naast Bruneel kwamen er heel wat burgerslachtoffers om het leven.”
Boekvoorstelling
Kristof Papin stelt op 28 november in het Hopmuseum, Gasthuisstraat 73 in Poperinge, zijn boek over de oud-stedelijke begraafplaats voor, op initiatief van het Willemsfonds. Alles begint om 20 uur en een ticket kost 5 euro voor leden en 10 euro voor niet-leden.
Meer info via Marie-Claire Tylleman, [email protected], 0475/33.89.59.
The post De mysterieuze doden en vergeten helden van Poperinge: historicus Kristof Papin (55) ontrafelt de geheimen van het Rekhof is provided by KW.be.
