Vanuit mijn auto observeer ik de wereld. Nog even zonder reden in mijn auto blijven hangen, dat doe ik graag. Ik observeer de mensen, luister naar muziek, beantwoord berichtjes… In ‘stilte’, gewoon even alleen.
Op de parking trekt een bestelwagen mijn aandacht. Werkmateriaal in overvloed, schuiven die uitpuilen, werkkoffers gestapeld… Complete wanorde. Onmiddellijk schiet de gedachte in mijn hoofd: ‘die mensen moeten dringend investeren in een bedrijfswageninrichting’. Door mijn hoofd flitst dat ik hen misschien een visitekaartje van mijn man moet geven, want dat is nu net zijn specialiteit. Ik moet lachen. Na twaalf jaar samen, neemt zelfs zijn werkwereld mijn brein af en toe over.
Al telt dat ook omgekeerd. Wanneer hij een montagefout op televisie of een taal-of typfout opmerkt in een tekst kan ik niet anders dan goedkeurend en met een vleugje trots knikken. Gedeelde interesses hadden we altijd al, maar nu lijken we soms ook hetzelfde denken. Wanneer we ergens zijn, is één blik soms genoeg om te weten wat de ander denkt of voelt.
Toch houden we elkaar ook scherp. Vuile was vindt nog vaak de weg niet naar de wasmand en mijn man schiet nog steeds bijna in de kramp als ik weer begin te praten wanneer we televisie kijken. Zoals ze het in de politiek graag zeggen: “We blijven op die nagels kloppen.”
“Zoals ze het in de politiek graag zeggen: “We blijven op die nagels kloppen”
The post “Zoals ze het in de politiek graag zeggen: “We blijven op die nagel kloppen” is provided by KW.be.
