‘Na een halve eeuw wassen, strijken en ontvlekken, is het moment gekomen om afscheid te nemen van mijn winkel.’ Met die woorden, in grote letters op het bekende winkelraam aan de Appelmarkt, kondigt Frieda Styl haar welverdiend pensioen aan. “Al is dat met gemengde gevoelens, want ik haalde al die jaren veel plezier uit mijn job.”
Vorige week hingen de rekken van nieuwkuis Kinget nog een laatste keer vol kledij die klaar was voor afhaling. Zo zette Frieda Styl (65) na vijftig jaar een punt achter haar rijke carrière als zelfstandige, die ze in 1975 als amper vijftienjarige was gestart.
“Ik ben hier op leercontract begonnen, waarmee ik destijds in de voetsporen trad van mijn moeder. De geschiedenis van de zaak gaat dus nog een stuk verder terug. In 1950 was deze winkel immers door André Kinget opgericht als een wasserij-ververij, als enige in de ruime omgeving. Toen rouwden de mensen nog zes maanden lang en daarvoor lieten ze dikwijls oude kledij zwart verven. Ik herinner mij nog dat mijn grootvader met een grote stok in de verftrommel stond te roeren, toen moeder de zaak had overgenomen en ik hier als kind tussen de strijkijzers speelde”, verrast Frieda.
Veel veranderd
Het is een van de vele voorbeelden van hoe haar job die voorbije halve eeuw veranderd is. Niet alleen door verwaterde tradities en de strengere milieuwetgeving, maar natuurlijk ook de wijzigende mode. “Vroeger zaten alle mannen elke dag in kostuum achter hun bureau. Toen kuisten wij dus veel meer pakken en dassen dan vandaag, terwijl men nu vooral nog mantels en feestkledij naar de droogkuis draagt. We hebben dus altijd wel ons werk gehad, maar dit maakte bijvoorbeeld ook dat het niet meer nodig was om op zondagvoormiddag nog te openen. Dat was vroeger wel een must, want alleen dan zakten de landbouwers naar de stad af, om hier de misviering in de Sint-Niklaaskerk bij te wonen”, mijmert de zaakvoerster.
Maar ook veel gelijk gebleven
Die kerk is dan weer als een vaste constante altijd overeind gebleven op het traditionele inpakpapier van de nieuwkuis, net als de naam van de historische zaak. Ook in de etalage leek de tijd de voorbije decennia te zijn stilgestaan, met tal van oude strijkijzers en zelfs een kachel om die op te warmen. Zo speelde Frieda die authenticiteit van de winkel en het ambachtelijk karakter van haar job uit als een troef.
“Ooit vond ik eens een trouwring terug in een kostuum”
“Ik ben er mij van bewust dat ik stilaan tot een uitstervend ras behoorde, maar daar ben ik juist trots op”, stelt ze. “Niet alleen door mijn activiteiten trouwens, maar zeker ook door mijn aanpak. Winkeliers hadden vroeger veel meer dan nu een sociale rol. Ik maakte graag tijd voor een praatje, want zo leerde ik mijn klanten echt kennen. Daarbij noteerde ik altijd de familienaam in plaats van met nummers te werken. In al die jaren heb ik hier dan ook verschillende generaties van dezelfde families over de vloer gekregen. Zo kon ik meeleven bij alle grote gebeurtenissen in die gezinnen.”
Een traan en een lach
De jongste jaren kwamen hier immers vooral rouwende of trouwende families langs. “Een traan en lach: die liggen dicht bij elkaar en zijn eigen aan mijn stiel”, zegt Frieda. Dit gaat ook op voor de vele verhalen die haar zullen bijblijven.
“Enerzijds vonden we eens de volledige dagopbrengst van een pomphouder in een jaszak, maar die was eerder wantrouwig dan dankbaar toen we dit hem terugbezorgden. Die heb ik dan ook jammer genoeg nooit meer teruggezien. Anderzijds vond ik eens een trouwring in een kostuum en ook die heb ik natuurlijk aan de klant overhandigd. Die man was wél tevreden, of dat zei hij toch”, lacht ze.
Mooi beroep
Haar vele trouwe klanten zullen Frieda dan weer onthouden door de eeuwige glimlach waarmee ze elke dag achter haar toonbank stond. Zij bedankten haar de voorbije weken uitvoerig met bloemen, kaartjes en aangrijpende reacties op sociale media. “Ik mocht die mensen blij maken met propere kleren. Ik heb dit dan ook altijd een mooi beroep gevonden, waar ik zelf veel plezier uit haalde. Uiteraard neem ik dus afscheid met gemengde gevoelens, maar nu is het tijd om van andere zaken in het leven te genieten. Ik zal mij voortaan dus wat vaker buiten deze vier muren begeven, al blijven mijn man Paul en ik hier wel wonen”, klinkt het nog.
The post “Ik behoorde stilaan tot een uitstervend ras”: Frieda (65) neemt na vijftig jaar afscheid van Nieuwkuis Kinget in Veurne is provided by KW.be.