Eind juni verloor Debbie De Cauwer (51) een loodzware, maar bijzonder moedige strijd tegen borstkanker. Al die tijd week haar echtgenoot Marino ‘Punk’ Bekaert (59) geen millimeter van haar zijde. Een maand later kijkt de bekendste accordeonist van het land weer vol richting toekomst, maar met zijn geliefde diep in zijn hart. “Overal waar ik ga, bij alles wat ik doe… Debbie zal áltijd bij mij zijn.”
“Hoe het met me gaat? Zolang ik tussen de mensen ben, ça va. Maar hier thuis is het stil. Erg stil.” Marino Punk herhaalt onze vraag wanneer hij ons verwelkomt in zijn gezellige rijwoning. Daar, in hartje Menen, heeft hij 33 jaar lang lief en leed met zijn Debbie gedeeld. “Gelukkig is er nog onze Stanley, de Welsh Terriër die we in huis haalden toen Debbie negen jaar geleden ziek werd. Dat beestje geeft me veel liefde. Al treurt hij ook. Toen Debbie stierf, lag hij aan haar bed.”
Hier, dat is de woonkamer waar Marino nu in zijn ziel laat kijken. “Daar in die hoek stond haar ziekenhuisbed”, wijst hij. “En daar is ze ook in mijn armen gestorven, die 27ste juni, iets voor de middag. Nu moet ik constant mijn bezighouding hebben, ik mag niet stilvallen. Sinds Debbies dood heb ik nog geen seconde televisie gekeken. Terwijl Debbie en ik élke avond samen een film bekeken. Dat was ons dingetje. Daar heb ik nu totaal geen behoefte aan.”
Coup de foudre in Wevelgem
Marino en Debbie kan je gerust als een twee-eenheid omschrijven. Waar de ene was, zag je ook de andere. “Ik denk elke seconde van de dag aan haar. Wat wil je ook? We vormden sinds 31 oktober 1992 een koppel en zijn op 4 mei 2002 getrouwd. Met Otto (21), Romy (23), Igor (25) en Mirko (26) hebben we samen vier kinderen. Debbie was – en is nog steeds – letterlijk alles voor me.”

De twee leerden elkaar kennen op een new wave-fuif in JC Ten Goudberge in Wevelgem. “Ik was 26 jaar en had een slechte relatie achter de rug. Ik zat met een dipje thuis, kwam niet veel buiten… Maar mijn zus heeft me die bewuste avond naar die fuif meegesleept. Ik ben er haar nog altijd verschrikkelijk dankbaar voor, want anders had ik Debbie nooit leren kennen. Daar in Wevelgem kwam ze naast me zitten en zijn we beginnen babbelen. We zijn nooit meer gestopt. Het was een coup de foudre. Van beide kanten. Niet veel later woonden we al samen.”
“Ik mag mijn kop niet laten hangen, dat heeft Debbie me wel duizend keer gezegd”
Begin jaren negentig was er van de artiest Marino Punk nog geen sprake. “Die zag dankzij Debbie het levenslicht”, glimlacht Marino. “Ik speelde toen af en toe wat accordeon op familiefeestjes, maar zag muziek louter als hobby, niet als een bestaan. Debbie heeft me dat ene duwtje in de rug gegeven en me haast letterlijk het podium opgejaagd. (zwijgt even) Echt, je kan niet geloven hoe belangrijk ze voor me is geweest. Zonder Debbie zag mijn leven er volledig anders uit. En zat ik hier nu misschien zelfs niet. We hebben elkaar uit het dal geholpen, gaven kleur aan ons leven. Voor ik Debbie leerde kennen, leefde ik niet erg gezond. Zij kookte elke dag vers, met veel groentjes. Debbie zorgde ervoor dat ik me enkel om mijn muziek kon bekommeren. Als meewerkende echtgenote ontfermde zij zich over de boekingen, de administratie… En en passant heeft ze ook nog eens onze vier kinderen een schitterende opvoeding gegeven.”
Knobbel
In de zomer van 2016 sloeg het noodlot toe. Tijdens een kampeerreis doorheen Kroatië voelde Debbie plots een knobbel onder haar borst. “Toen ze me vroeg om even te voelen, schrok ik meteen”, herinnert Marino zich. “Die knobbel was de grootte van zo’n Bouchée van Côte d’Or en keihard. We hadden meteen een slecht voorgevoel.” Iets wat bij het onderzoek na hun vakantie bevestigd werd. Er volgt een borstamputatie, chemotherapie en bestralingen. “Maar Debbie sloeg zich er met veel vuur door. Uiteindelijk werd ze genezen verklaard, we konden opnieuw vooruit.”
Vijf jaar geleden bleek de kanker terug te zijn. “De borstkanker had zich in het bot genesteld en bleek uitgezaaid. Opnieuw chemo en bestralingen waren voor Debbie geen optie, ze besloot het op een natuurlijke manier aan te pakken. Ze at zeer gezond, sloeg aan het mediteren… Met succes, want bij een latere check-up was de kanker volledig verdwenen. Toen de behandelende arts vroeg hoe ze dat had aangepakt, antwoordde Debbie: met mijn brein. Ik kon niet trotser zijn.”

Afgelopen maart kreeg het gezin echter opnieuw slecht nieuws. “Debbie had veel rugpijn en haar lever bleek aangetast. Terwijl ze geen druppel alcohol dronk. Het was een donderslag bij heldere hemel, want in oktober vorig jaar waren we met vrienden nog op vakantie naar het Zwarte Woud getrokken. Debbie liep het snelst van ons allemaal de hellingen op. Zo’n sterke vrouw, die is helemaal terug, dacht ik toen.”
Mokerslag
Die diagnose bezorgde Marino een mokerslag. “Op 10 maart, mijn verjaardag, onderging Debbie een PET-scan. Het resultaat was duidelijk: opnieuw kanker. Debbie onderging nog een chemokuur, maar die sloeg niet meer aan. Toen heeft ze, heel bewust voor een palliatief traject gekozen. En kon ze thuis, in mijn armen, vertrekken. Omringd door ons hele gezin. Het is een troost dat ze in haar vertrouwde omgeving afscheid heeft kunnen nemen. Daar zijn we thuisverpleegkundige Ellen Raemdonck en haar team uit de grond van ons hart dankbaar voor.”
Moederkloek
Marino omschrijft Debbie als een unieke vrouw. “Een echte moederkloek. Dat zorgende zat echt in haar ingebakken. Ze stond ook erg positief in het leven, zag overal het goeie in en was altijd dankbaar. Ze was de perfecte vrouw en mama. Onvervangbaar. Het was dan ook pijnlijk om haar zo te zien aftakelen. Ik bleef haar moed inspreken en probeerde mijn eigen verdriet niet te tonen. Als het me toch iets te veel werd, liet ik mijn tranen in de keuken de vrije loop. Ik mis Debbie vooral in de kleine dingen. Na een optreden thuiskomen en honderduit kunnen vertellen. Of omgekeerd: wanneer zij op stap was geweest met enkele vriendinnen en me al haar verhalen voor de voeten gooide: heerlijk. We waren elkaars klankbord. Gelukkig heb ik een heel hechte band met onze vier kinderen, dichte vrienden en mijn mama. Zij is 80 en woont zo’n vijfhonderd meter verderop. We kunnen allemaal op elkaar rekenen.”

Ook Debbies kookkunsten mist Marino. “Zie je dit groene schriftje?”, vraagt Marino, terwijl hij het uit de boekenkast haalt. “Daar heeft ze al haar recepten in neergepend. Daar ga ik nu mee aan de slag. Dan is het alsof ze met me in de keuken staat. Ik mag mijn kop niet laten hangen, dat heeft Debbie me wel duizend keer gezegd. Net als het feit dat ze niet bang was voor de dood, wel om ons achter te laten. In plan. Maar we gaan door. Voor Debbie.”
Debbie ‘preus’ maken
Daags na Debbies overlijden werkte Marino drie optredens af. “Omdat Debbie dat ook zo wilde. Enkel op haar sterfdag en uitvaart heb ik mijn accordeon in de hoek laten staan. Muziek maken, zit in mijn bloed en zorgt voor verstrooiing. Het bezorgt me ook energie. Wanneer ik mensen gelukkig kan maken, voel ik me ook zelf goed. Of toch alleszins een pak beter dan wanneer ik hier alleen thuis in de zetel zou zitten. Op straat komen mensen mij ook spontaan condoleren. Weet je wat me ook deugd heeft gedaan? Dat er zoveel mensen op de afscheidsplechtigheid aanwezig waren. Een kleine zevenhonderd, zei de begrafenisondernemer me. Debbie was oprecht graag gezien.”
Hoe moeilijk het ook is, Marino wil zijn vizier weer vol richting toekomst zetten. “Ik wil vooral veel blijven optreden. En Debbie zo preus maken. Straks vertrek ik trouwens met onze kroost voor een weekje naar het Zwarte Woud, onze favoriete vakantieplek. Normaal zou Debbie met ons meegegaan zijn… Het zal lastig zijn om die lege stoel te zien, maar we zijn er zeker van dat ze zal meegenieten, waar ze nu ook mag zijn. Overal waar ik ga, bij alles wat ik doe: Debbie zal áltijd bij mij zijn.”
The post “Zonder Debbie zat ik hier nu misschien niet”: maand na overlijden van zijn geliefde echtgenote krabbelt Marino Punk (59) stilaan overeind is provided by KW.be.