Een verloren gewaand middeleeuws manuscript van de abdij van Mesen is op spectaculaire wijze teruggekeerd naar België. Begin dit jaar ontving het Rijksarchief Brugge een e-mail van een anonieme Duitser die het document voor 20.000 euro wilde verkopen. Rijksarchivaris Hendrik Callewier maakte duidelijk dat het om oorlogsbuit ging en dat elke verkoop illegaal was. Wat volgde, was een geheimzinnige afspraak in een hotellobby in Stuttgart met een man die zich enkel als “Herr Robert” wilde identificeren.
“Geachte dames en heren, ik ben in het bezit van een middeleeuws handschrift van de abdij van Mesen. Ik wil dit verkopen voor een minimumprijs van 20.000 euro. Graag verneem ik van u of u geïnteresseerd bent.” Begin dit jaar ontving het Rijksarchief Brugge een verrassende e-mail uit Duitsland waarin de anonieme verzender beweerde een register uit 1433 in handen te hebben. “Op de meegestuurde foto’s herkenden we onmiddellijk jaarrekeningen van de abdij van Mesen uit de jaren 1430”, zegt rijksarchivaris Hendrik Callewier, diensthoofd van de rijksarchieven te Brugge en Kortrijk. “Wij waren uiteraard geïnteresseerd, maar aankopen konden we niet. Het ging immers om oorlogsbuit, eigendom van de Belgische staat. Elke verkoop is dus illegaal. We hebben dat de aanbieder duidelijk gemaakt en hem vriendelijk, maar kordaat, verzocht de stukken aan ons te bezorgen, kosteloos uiteraard.”
Oorkonde in New York
Het abdijarchief van Mesen was een van de belangrijkste van Vlaanderen, maar verdween tijdens de Eerste Wereldoorlog onder het puin. Het bleek echter dat Duitse soldaten een deel van de verloren gewaande stukken mee hadden genomen naar huis. Af en toe duikt er iets op en ondertussen zijn er al heel wat waardevolle documenten terug in het land. Een oorkonde, opgemaakt door de graaf van Vlaanderen Filips van de Elzas, werd zelfs aangetroffen in het Metropolitan Museum of Art in New York.

Het bleef echter maandenlang stil. “We verloren de hoop ooit nog iets van die man te horen, want niet alleen stuurde hij niets meer, zijn e-mailadres was niet te achterhalen. Tot er plots toch opnieuw een bericht kwam. Het geweten van de man speelde blijkbaar op en hij wilde de documenten dan toch overhandigen aan ons. Wel moesten wij ze in Stuttgart gaan ophalen. En zijn naam wilde hij niet meegeven: ‘Noem me maar “Herr Robert”’, schreef de man.”
Afspraak in hotellobby
Wat volgde leest als een jongensroman. Hendrik Callewier mailde de geheimzinnige man een foto van zichzelf, zodat die de archivaris zou herkennen. De twee maakten een afspraak op 14 juli om 18 uur in een hotellobby. “Het was met een beetje een bang hart afwachten, want het kon evengoed zijn dat Herr Robert zijn kat stuurde. Maar enkele minuten voor het afgesproken uur sprak een man van middelbare leeftijd mij aan. Hij bevestigde dat hij Robert was en haalde het middeleeuws register uit een aktetas. Na een korte kennismaking bleek de Duitser toch bereid zijn verhaal te doen.”
Robert had via een gedwongen verkoop een huis gekocht in het Zwarte Woud, iets ten zuiden van Stuttgart. De vorige eigenares was met schulden gevlucht en had alles achtergelaten. Bij het opruimen vond Robert in een lade een oud register met op de kaft het jaartal 1433. De tekst was voor hem onleesbaar. Via experten en veilinghuizen ontdekte hij de ware herkomst: een abdij in Mesen, en niet uit het Italiaanse Messina, zoals hij had gedacht. Een foto van een Duitse soldaat, die Robert ook had gevonden, bevestigde de link met de Eerste Wereldoorlog.
Oorlogsbuit
Sotheby’s liet weten niet bereid te zijn het document in de veiling op te nemen, gezien het om oorlogsbuit gaat. Andere veilinghuizen toonden minder scrupules. Toch besloot Robert het aan de rechtmatige eigenaar, het Belgische Rijksarchief, te bezorgen. Zo werd het ooit verloren gewaande archief van de abdij van Mesen, bewaard in het Rijksarchief Brugge, aangevuld met enkele middeleeuwse rekeningen.

“Van het bezoek aan Duitsland werd overigens gebruikgemaakt om onderhandelingen op te starten met de Universiteitsbibliotheek van Leipzig, waar nog meer middeleeuwse rekeningen uit de abdij van Mesen bewaard worden. Er is goede hoop dat ook die binnenkort naar Brugge zullen komen. Zo zal de reeks middeleeuwse rekeningen grotendeels volledig zijn”, zegt Hendrik Callewier. “Ook hopen we dat dergelijke verhalen van waardevolle documenten andere bezitters overhalen om die terug te geven aan ons. Uit de abdij van Mesen verdween immers heel wat.”
The post “Noem me maar Herr Robert”: hoe een anonieme Duitser het verloren archief van abdij van Mesen weer aanvult is provided by KW.be.