Bij mooi weer verovert een grote troepenmacht, via de Visserskaai, de Oostendse stranden. De veroveraars meten hun plekje af en zetten een kampement op, spreiden handdoeken en trekken badpakken aan. De zee lonkt, het water is warm en een heerlijk briesje blaast de hitte van de treinrit weg. Een bataljon perfect opgeleide redders houdt de baders nauwlettend in het oog. Toch zijn niet alle baders goed opgeleid en kennen ze de nukken van de zee niet. Dat de zee geen zwembad is ondervinden de redders helaas elk jaar opnieuw. Hoe ‘stakelambled’ – spiegelglad het wateroppervlak er ook uitziet, onderstromen kunnen voor verrassingsaanvallen zorgen.
“Afval opruimen is een ongeschreven wet”
Als de zon wegglijdt en het voetvolk het kamp opbreekt ligt het achtergelaten oorlogspuin her en der verspreid. De veldslag is gestreden, de achterhoede, alias de Propere Strandlopers, ruimt de boel op en tovert het strijdtoneel weer om tot een waardig zandstrand en beschermt zo de zee tegen sluipafval. Strikt genomen zouden dergelijke initiatieven niet eens nodig moeten zijn, want afvalcontainers staan in slagorde opgesteld. Wie daaraan voorbijgaat is stekeblind of asociaal. Je afval opruimen of meenemen is een ongeschreven wet! Pampers en plastiek zijn na 450 jaar verpulverd door golfslag en zonlicht maar ze voeren, als microplastics, nog een onzichtbare oorlog. Ze komen terecht in het voedsel van vissen en mensen en ondermijnen het ecosysteem. Jammer, maar soms gedragen mensen zich als een zootje losbandige soldaten!
The post Het beleg van Oostende is provided by KW.be.