Aan de Sint-Denijsestraat in Kortrijk ligt misschien wel het smalste café van de stad. ‘t Molenhoekske is amper vier meter breed en wordt al 19 jaar uitgebaat door Mario Lutin (55). Het is een typische bruine kroeg waar vooral Bockor-pintjes van 2,20 euro over de toog gaan en waar de radio steevast op Nostalgie staat – niet te luid, zodat klanten gezapig kunnen bijpraten. “Aan het plafond zie je dat dit al heel lang een café is”, lacht Mario.
Wat zij jouw troeven als cafébaas?
“Ik hecht veel belang aan vriendelijkheid en persoonlijk contact. Ik ken mijn klanten bij naam en neem de tijd om in vertrouwen naar hen te luisteren. Mensen weten dat wat ze hier vertellen, ook hier blijft. Daarnaast zijn mijn openingsuren flexibel. Op zaterdag sluit ik bijvoorbeeld normaal om twee uur ’s nachts, maar als er om tien voor nog iemand binnenkomt, bedien ik die met plezier.” Vaste klanten zoals Yannick en Linda komen hier meerdere keren per week. “Mario is een gezellige cafébaas. Onlangs heb ik hier nog mijn verjaardag gevierd. Het is altijd dik in orde: goede muziek, geen ruzie, geduld voor zijn klanten. Mario versiert ook altijd het café in het thema van het moment. Ondanks zijn zere rug steekt hij daar veel tijd en moeite in. Mensen worden hier al jaar en dag met een glimlach ontvangen.”
Waarom doe je het zo graag?
“Ik werk al in de horeca sinds mijn dertiende en het is altijd mijn droom geweest om een eigen café te hebben. Toen ‘t Molenhoekske vrijkwam, heb ik niet getwijfeld. Ik kwam hier zelf al twaalf jaar als klant, het was mijn stamcafé. Intussen zijn we negentien jaar verder. Waarom ik het zo graag doe, is moeilijk uit te leggen. Je dient ervoor of niet. Ik ben graag onder de mensen. Het voelt niet aan als werk. Zelfs op maandag, wanneer het café officieel gesloten is, ben ik vaak aanwezig om dingen in orde te brengen. En ook op zon- en feestdagen ben ik open. Ik heb nog geen dag gehad dat het me tegenstak.”
Wat maakt ‘t Molenhoekske anders dan andere cafés in Kortrijk?
“De vriendschappelijke en familiale sfeer. Iedereen kent hier iedereen en nieuwe klanten voelen zich meteen welkom. Kom je hier één keer binnen, dan is de kans groot dat je terugkomt. Ook dieren zijn hier welkom – hondjes krijgen standaard een snoepje. Daarnaast is het café doordrongen van karakter: van de meer dan honderd spreuken aan de muur – een mix van levenswijsheden en humor – tot de typische inrichting van een bruine kroeg met biljart, vogelpiek en een slotmachine. En dat alles met een pintje van 2,20 euro.”
Is er een legendarische anekdote die je kan delen?
“Mag het vulgair zijn? (lacht) Vroeger stond hier een tapbiljart, die was net nieuw geplaatst. De avond ervoor had ik met mijn toenmalige vriendin er een stuk op gespeeld. Een van de eerste klanten die de dag nadien binnenkwam zei: “Wauw, zo mooi! Is dat nieuw?” Ik zeg: “Ja, ik koop geen tweedehands.” Even later passeert hij op weg naar het toilet en zegt: “Nieuw? Dat kan niet, er zit een plek op!” Ik zeg: “Onnozelaar.” Maar hij bleef erbij: “Jawel! Zie.” En dan likt hij aan zijn vinger, wrijft over de plek. “Het gaat niet weg”, zegt hij. Hij likt nog eens, wrijft opnieuw. En ik? Ik lag plat van het lachen achter mijn toog. Ik heb hem nog altijd niet verteld vanwaar die plek kwam.”
Zijn er vaste rituelen of tradities in ’t Molenhoekske?
“Op vrijdag wordt er gebiljart met een groepje van een man of acht. Het is een vaste gewoonte dat wie de witte bal in het gat speelt, 20 cent betaalt. Die centjes komen in een apart potje – de zogenaamde witte bal kas. Dat loopt verrassend snel vol, om de zoveel tijd wordt er getrakteerd met die centjes. Ik hou het potje bij als verantwoordelijke.”
Wat was je mooiste gesprek aan de toog?
“In 19 jaar tijd heb ik zoveel gesprekken gevoerd aan deze toog dat het moeilijk is om er één uit te pikken als het mooiste. Elk verhaal heeft zijn eigen context, en veel gesprekken blijven me op hun manier bij. Wat me het meest raakt, zijn de overlijdens. Ik heb hier een lade vol rouwkaartjes van klanten. Mensen die ik soms al jaren kende. Dat komt binnen en ben ik dagen niet goed van. Iedereen kent hier iedereen. Op zo’n momenten halen we samen herinneringen op. In ‘t Molenhoekske bouw je een familiale band op. De helft van mijn klanten beschouw ik als een broer of zus. En ik noem ze ook zo. Mensen appreciëren dat.”
The post “Veel klanten zijn als een broer of zus voor mij”: Mario Lutin (55) is goedlachse uitbater van ’t Molenhoekske is provided by KW.be.