Hij was de eerste kampioenenmaker van Club Brugge, stond mee aan de wieg van de Rode Duivels, was bondscoach tijdens de eerste twee wereldkampioenschappen voetbal, ondernemer aan de kust, burgemeester van Heist-aan-Zee én kwam tragisch om het leven tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het leven van Hector ‘Torten’ Goetinck kan zo in een film gegoten worden, maar nu heeft zijn achterkleinzoon een boek over de man geschreven. “Mocht mijn overgrootvader nu leven, dan was hij een superster.”
Toen Hector Goetinck, beter bekend onder zijn bijnaam Torten, op 26 juni 1943 op amper 57-jarige leeftijd overleed aan de gevolgen van een bombardement op een steenworp van zijn woning in Heist-aan-Zee, had de man al genoeg meegemaakt om vier gewone mensenlevens mee te vullen.
Hector werd op 5 maart 1886 in de materniteit van het ziekenhuis in Brugge geboren, maar toen deed niets vermoeden dat hij zou uitgroeien tot de allereerste vedette van Club Brugge en een van de bepalende actoren bij de Belgische nationale ploeg.
Zijn eerste wedstrijd voor het toen nog piepjonge blauw-zwart werkte hij af op 24 november 1901, zijn laatste wapenfeit bij FCB werd op 18 december 1927 genoteerd. “Hij was toen 41 jaar en negen maanden oud”, glimlacht Goetincks achterkleinzoon Stephan Verfaillie (62). “Mijn overgrootvader was goed voor 449 matchen, waarin hij 62 goals scoorde. Cijfers die zelfs in de huidige moderne voetbalwereld nog altijd indrukwekkend zijn.”
Liefde via de paplepel binnen
Het leven van Hector Goetinck fascineert Stephan al zijn hele bestaan. “Hij had twee dochters: Georgette, die jammer genoeg op haar twaalfde stierf, en Mariette, mijn oma. Via haar en mijn vader Stanley kreeg ik veel verhalen over mijn overgrootvader met de paplepel binnen en groeide mijn bewondering alleen maar”, glimlacht de beroepsmilitair op rust.
En met die bewondering groeide ook de liefde voor Club Brugge. “Sinds 1970 trek ik met mijn vader naar Clubtje. Eerst op De Klokke, nu naar het Jan Breydelstadion. Bij elke belangrijke match ga ik trouwens langs bij zijn graf. Een vast ritueel. En wanneer we een landstitel of de beker winnen, ga ik hem steevast bedanken. Ik ben de laatste jaren héél veel op bezoek mogen gaan”, glimlacht hij. “Zo blijft zijn ziel bestaan.”
“Bij elke belangrijke match ga ik langs bij Tortens graf. En wanneer we een landstitel of de beker winnen, ga ik hem steevast bedanken. Ik ben de laatste jaren veel op bezoek mogen gaan”
Ook bij Club kreeg Stephan een pak verhalen over zijn overgrootvader te horen. “Ik had intussen een stevige verzameling over hem aangelegd. Memorabilia zoals een cap van bij de Rode Duivels, tal van medailles en eretekens, maar vooral foto’s. Zéér veel foto’s. Die heb ik allemaal gedigitaliseerd. Een monnikenwerk, maar ik wilde dat ze voor latere generaties bewaard zouden blijven.”

Het idee voor een boek over Goetinck kreeg in mei vorig jaar vorm. “Voetbalauteur Raf Willems had eerder al eens contact met me opgenomen om wat informatie over mijn overgrootvader in te winnen en tijdens een koffie opperde hij het voorstel om samen zijn levensverhaal neer te schrijven.”
“Ik was meteen voor het idee gewonnen, want dit mág gewoon niet verloren gaan. Je kan Torten gerust de Hans Vanaken van zijn tijd noemen. Hondstrouw aan Club, altijd op niveau en mens onder de mensen. Mocht hij nu leven, dan was hij een superster in het voetbalwereldje. Een type Kevin De Bruyne.”
Voetballegende
Het bewogen levensverhaal van Hector Goetinck neemt zijn hele leven in ogenschouw. “Uiteraard gaat er veel aandacht naar zijn voetbaljaren. De roemrijke periode bij Club Brugge, maar ook zijn tijd bij de nationale ploeg. Onder zijn impuls wist België in 1906 in amper één week tijd zowel Frankrijk als Nederland met 5-0 over de knie te leggen. Iets wat hen de bijnaam Rode Duivels opleverde. Hij was ook bondscoach tijdens de eerste twee wereldkampioenschappen: in 1930 in Uruguay, vier jaar later in Italië.”
Torten Goetinck kan je gerust als de eerste échte legende van de Rode Duivels en Club Brugge beschouwen, vindt zijn achterkleinzoon. “Maar hij was ook de drijvende kracht én coach van The Front Wanderers, een Belgisch voetbalelftal dat tijdens de Eerste Wereldoorlog achter het front interlands afwerkte tegen teams van de geallieerden.”
“Hij was zelf een werker op het veld. Een wroeter. ‘No sweat, no glory’ zou op zijn lijf geschreven geweest zijn”
Ook zijn privéleven komt ruim aan bod. “Een bewuste keuze, want Torten was zoveel meer dan voetballer. Hij runde zijn eigen hotel, was lid van het uitvoerend comité van de Belgische Voebalbond én was zelfs een tijdlang plaatsvervangend burgemeester. Van 15 mei 1940 tot 5 oktober 1941 stond hij aan het hoofd van zijn geliefde Heist-aan-Zee.”

“Tijdens dat anderhalf jaar toonde hij regelmatig zijn groot hart voor zijn burgers en zijn moed tegenover de Duitse bezetter. Dat bewijzen de vele verhalen uit zijn nog niet gepubliceerde dagboek, dat integraal in het boek verschijnt. Ook die kant belichten we uitgebreid. Net als zijn plotse dood.”
Eind juni 1943 kreeg hij tijdens een bombardement een stuk shrapnel (metalen fragment van een bom of granaat, red.) in de zij. “Mijn overgrootmoeder zag een deeltje pal boven haar hoofd in het hoofdkussen verdwijnen. Zijn einde was bijzonder tragisch. Zeker voor onze familie. Ik heb nooit de kans gehad om hem te leren kennen, ik werd pas twintig jaar na zijn overlijden geboren. Wat als die bom nooit gevallen was? We zullen het nooit weten.”
Standbeeld
Torten Goetinck zou in elk geval met veel tevredenheid naar het huidige Club Brugge kijken, denkt zijn achterkleinzoon. “Hij was fan van het Engelse kick & rush-voetbal en was zelf een werker op het veld. Een wroeter. No sweat, no glory: het zou op zijn lijf geschreven geweest zijn.”

En dat lijken ze bij Club ook te beseffen. Het voorwoord van het boek werd door huidig voorzitter Bart Verhaeghe geschreven, het slotwoord is voor erevoorzitter Michel D’Hooghe. “Die laatste stelt onomwonden dat Torten een ereplaats inneemt in onze collectieve voetbalgeschiedenis.”
“Eigenlijk verdient hij een standbeeld aan het Jan Breydelstdion. Zijn legacy mag immers nooit vergeten worden. De kans bestaat trouwens dat het vernieuwde stadion van eersteprovincialer KFC Heist naar hem vernoemd wordt. Dat zou alvast een prachtig eerbetoon vormen.”
‘Het bewogen levensverhaal van Hector Goetinck’ is uitgegeven bij Voetbalmuseum, telt 343 pagina’s en kost 49 euro. Info: [email protected] en hectorgoetinck.boeken.cafe. Op zaterdag 21 juni en 5 juli geeft Stephan een signeersessie in Café des Sports in Heist-aan-Zee.
The post “Mijn overgrootvader was de Hans Vanaken van zijn tijd”: Stephan (62) schrijft boek over Hector Goetinck, het allereerste icoon van Club Brugge is provided by KW.be.