Op het assisenproces tegen Jarod De Clerck (23) hebben de gerechtsdeskundigen dinsdag hun getuigenis afgelegd. In principe is er volgens de psychiaters een heel laag risico op nieuwe feiten, tenzij de beschuldigde bewust een willekeurig slachtoffer neerstak. Leander Quintyn (32) kwam in Tielt om het leven door drie messteken.
Onderzoeksrechter Kathleen Vandenberghe herinnerde zich hoe ze op 7 maart 2021 werd gevorderd om de moord op Leander Quintyn te onderzoeken. Ze besliste onder andere om een opsporingsbericht te verspreiden en de levensloop van het slachtoffer te onderzoeken. “Is er iemand die mogelijk een motief heeft om hem zoiets aan te doen? De waarheid is dat we op dat moment volledig in het duister tastten”, klonk het. Anderhalve maand later zorgde een tip van een Britse gamer voor de doorbraak. “We hadden niets, ook op vlak van sporen. Zonder die getuige vrees ik dat we de zaak misschien nooit hadden kunnen oplossen.”
Na het verhoor door de politie werd Jarod De Clerck ook voorgeleid bij de onderzoeksrechter. “Hij heeft tegen mij gezegd dat het niet de bedoeling was dat Leander zou sterven.” De beschuldigde vertelde over zijn mentale problemen en drukte zijn spijt uit. Bij het eindverhoor stelde De Clerck dat hij zich in de gevangenis herpakt had. “Ik weet niet waarom ik heb gedaan wat ik heb gedaan, maar ik weet dat ik een straf moet krijgen”, verklaarde hij aan de onderzoeksrechter.
Fatale eerste steek
Vervolgens gaven de wetsdokters toelichting bij hun vaststellingen. Dokter Lieven Wostyn ontdekte bij de uitwendige lijkschouwing al drie steekwonden in de borstkas. In het ziekenhuis werd nog een poging gedaan om Quintyn te opereren. “Het was sowieso fataal, ook als de beschuldigde de hulpdiensten onmiddellijk zou gebeld hebben”, reageerde dokter Wostyn op een vraag van de jury.
Bij de autopsie stelde professor Geert Van Parys vast dat de eerste steek het slachtoffer fataal werd. Onder het linkersleutelbeen van het slachtoffer werd een grote ader doorgesneden, wat uiteindelijk tot uitbloeding leidde. “Hij heeft nog een tijdje geleefd. Op het ogenblik dat hij wandelde, kon hij waarschijnlijk de ernst nog niet inschatten.” Op het lichaam van Leander Quintyn werden geen noemenswaardige afweerletsels vastgesteld.
Ten slotte stond de wetsdokter stil bij de wedersamenstelling van de feiten. Daar beweerde De Clerck slechts twee keer gestoken te hebben. Ook de richting van de dodelijke steek klopte volgens professor Van Parys niet.
“Gevaarlijke man”
Op vraag van de onderzoeksrechter werd de beschuldigde onderzocht door drie gerechtspsychiaters. “Ik denk dat we het eens kunnen zijn dat betrokkene geen geestesstoornis heeft die zijn contact met de realiteit verstoort”, aldus dokter Geert De Bruecker. Volgens de deskundigen is er in principe een heel laag risico op nieuwe feiten, maar daar plaatsten ze een belangrijke kanttekening bij. “Het probleem is dat dit specifieke misdrijf zoveel uitzonderlijke aspecten heeft. Daarom moeten we voorbehoud maken bij die risicotaxatie.” Volgens dokter De Bruecker zal een doorgedreven behandeling wel noodzakelijk zijn, vooral voor het alcoholprobleem van de beschuldigde.
“Het is een zeer uitzonderlijke zaak. Het probleem is dat we geen motief hebben voor de feiten. Het risico hangt daar een beetje mee samen”, vervolgde dokter Hans Hellebuyck. Aan zijn broer zou De Clerck ooit verklaard hebben dat hij wilde weten hoe het voelde om iemand neer te steken. “Als je aanneemt dat dat juist is, mag je wel zeggen dat dat een heel gevaarlijke man is. Maar hij ontkent dat nu natuurlijk.”
Ook bij het schuldgevoel van de Tieltenaar plaatste dokter Hellebuyck vraagtekens. “Als men op voorhand beslist dat men een bepaald misdrijf gaat plegen, moet men achteraf niet afkomen dat men zich schuldig voelt. Emotioneel moet je toch iets mankeren om zoiets te kunnen doen.”
Aanslepend verslag gerechtspsychiaters
De verdediging wierp dinsdagochtend ook meermaals op dat het verslag van de gerechtspsychiaters pas in het voorjaar van 2024 werd neergelegd. Volgens de onderzoeksrechter had dat onder andere te maken met een verzoekschrift van de burgerlijke partijen, die de mogelijke betrokkenheid van de broers van de beschuldigde wilden laten onderzoeken. “We hebben dat aspect grondig onderzocht, maar dat heeft natuurlijk zijn tijd gevergd”, aldus Kathleen Vandenberghe. Daarna moest de onderzoeksrechter de deskundigen toch meermaals aanmanen om hun verslag af te werken. “Dat weet ik niet meer, dat kan ik u niet meer zeggen”, reageerde dokter Hellebuyck op een vraag van de verdediging.
Dinsdagnamiddag komen de families van de beschuldigde en het slachtoffer aan het woord.
The post Assisen Jarod De Clerck – Gerechtspsychiater: “Het probleem is dat we geen motief hebben” is provided by KW.be.